Here’s a nice review of Ben Taffijn from a concert I made on the 22nd september 2015 for the concert series of DeLink,in a wonderful space called Het Cenakel. The acoustic of this old chapel made Scodanibbio’s music resonate in the best conditions. This happens rarely here in Holland, where we’re used to play in new buildings, where the concert halls are usually Black Boxes…playing in a chapel made me remember of playing in Italy…echoes and resonances…when you loose the perception of being just an individual, and you realize that you’re part of something bigger than you.
Here’s the link for those who can read dutch:
http://www.nieuwenoten.nl/?p=1301#more-1301
Dario Calderone speelt twee solostukken van de, helaas relatief jong overleden, Italiaanse bassist en componist Stefano Scodanibbio. Allereerst ‘Alisei’ waar Scodonanibbio zelf over opmerkte: “Zonder enige demonstratieve intentie, stemt alles in deze compositie in met het moment: het geluid van wijd verspreide boventonen die afwisselen met snelle tremolo’s en de klank van open snaren, vormen een melodie die magma doet opwellen in de diepste bastonen terwijl een spectrum van boventonen opstijgt naar grote hoogten.” Calderone speelt het allemaal met benijdenswaardige precisie en levert met zijn spel, hier vooral bestaand uit de combinatie van strijken en met de vingers kloppen op de snaren, bovenaardse klanken. Het is grillig en klinkt regelmatig als het fluiten van de wind en als het klapperen van een deur. Naarmate het stuk in intensiteit toeneemt wordt het angstaanjagend, dreigend.
Is ‘Alisei’ een bijzonder stuk, ‘Voyage That Never Ends’ is dat des te meer. Calderone speelt hier alleen het eerste deel van dit uit vier stukken bestaande stuk: ‘Voyage Started’. Maar alles wat hij doet, wakkert alleen maar het verlangen aan naar de rest van het stuk, dat ooit door Scodanibbio zelf op Cd is uitgebracht, maar helaas niet meer in de handel is. Het is een spannende en zinderende compositie, wat vooral veroorzaakt wordt door de slopende speltechniek. Ruim twintig minuten maakt Calderone korte, vrij heftige strijkbewegingen, terwijl de vingers van zijn andere hand steeds andere snaren indrukken. Zo, lagen van klanken over elkaar heen leggend, klinkt het regelmatig alsof er een heel ensemble bezig is in plaats van een bassist die solo speelt! De akoestiek van de kapel in het Cenakel is hier overigens ook zeker debet aan. Fascinerend is ook hoe, in dit sterk meditatieve stuk, de klankkleuren in elkaar overlopen, de luisteraar in hogere sferen brengend.